Sinds eind 2022 is de arbeidsmarkt in Nederland weer iets krapper geworden, zo meldde het CBS onlangs. Het aantal banen bleef groeien, en dan vooral tijdelijke contracten, zzp’ers en uitzendbanen. Het aantal werklozen daalde sinds december 2022 met gemiddeld 3 duizend per maand.
Na een lichte verruiming in het derde kwartaal werd de arbeidsmarkt in het vierde kwartaal van 2022 weer iets krapper, meldde het CBS. Er waren 13 duizend werklozen minder dan een kwartaal eerder. Ook het aantal openstaande vacatures liep terug, maar minder hard. Tegenover elke 100 werklozen stonden 123 vacatures.
Deze trend lijkt zich in 2023 voort te zetten, zo blijkt uit de nieuwste werkloosheidscijfers van het CBS. In februari waren 356 duizend mensen van 15 tot 75 jaar werkloos, dat is 3,5 procent van de beroepsbevolking. Er waren 8 duizend werklozen minder dan drie maanden eerder. Sinds december 2022 nam het aantal werklozen af met gemiddeld 3 duizend per maand. Daarmee is de werkloosheid lager dan een half jaar daarvoor, maar nog steeds hoger dan in april 2022. Toen werd met 3,2 het laagste werkloosheidspercentage gemeten in de reeks met maandcijfers vanaf 2003. UWV registreerde eind februari 154 duizend lopende WW-uitkeringen. Het aantal werkenden van 15 tot 75 jaar nam sinds december 2022 met gemiddeld 17 duizend per maand toe.
Minder nieuwe vacatures
In het vierde kwartaal van 2022 ontstonden volgens CBS 371 duizend nieuwe vacatures, 3 duizend minder dan in het derde kwartaal. Er werden 378 duizend vacatures vervuld (inclusief vervallen vacatures), in het derde kwartaal waren dat er nog 391 duizend. In de handel, zakelijke dienstverlening en zorg bleven de meeste vacatures openstaan. Of ook deze trend zich doorzet, is nog niet te zeggen. De cijfers over het 1e kwartaal van 2023 worden in mei 2023 gepubliceerd.
Meer werknemers met een flexibele arbeidsrelatie
In het vierde kwartaal van 2022 hadden 2,7 miljoen werknemers een flexibele arbeidsrelatie. Dat zijn er 64 duizend meer dan in hetzelfde kwartaal een jaar eerder. Er kwamen vooral flexwerkers bij met relatief veel zekerheid in hun contract, zoals een tijdelijk contract met uitzicht op vast. Maar ook het aantal zzp’ers nam toe. Dat concludeerden het CBS en TNO op basis van een gezamenlijke analyse van de recentste gegevens over flexibele arbeid.
Het aantal oproep- en invalkrachten nam echter af, terwijl het aantal uitzendkrachten licht daalde. De groep flexwerkers die de overstap maakt van oproep- of uitzendkracht naar zzp’er groeide wel, van 9.000 in het vierde kwartaal van 2021 naar 16.000 in hetzelfde kwartaal van 2022.
Meer vaste contracten en zzp’ers
Het aantal werknemers met een vaste arbeidsrelatie nam in het vierde kwartaal ook toe, en wel met 43 duizend naar 5,4 miljoen. Het aantal zelfstandigen groeide met 17 duizend, en kwam uit op 1,6 miljoen. Daarbij ging het alleen om zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers).